Twee maanden geleden gaf ik een presentatie tijdens het Jonge Balie Congres in het mooie Rembrandt Theater in Arnhem. Nostalgie voor mij, want toen ik acht jaar oud was, zag ik in dit theater ‘Pippi Langkous en de piraten’.
Ik was erg benieuwd om van jonge beginnende advocaten te vernemen wat hun positie is ten aanzien van juridische innovatie en legal tech. Van partners binnen advocatenkantoren hoor ik vaak dat innovatie meer iets voor ‘de jeugd’ is. De jeugd is immers met digitalisering opgegroeid.
Mijn gechargeerde reactie is dan altijd dat de jeugd deze digitalisering-skills wel afleert op de rechtenfaculteit. Er lijkt immers geen plaats voor de ontwikkeling van deze digitale skillset in de opleiding.
Geponeerde stelling
De stelling die ik poneerde op het congres was: ‘De advocaat van de toekomst moet zijn praktijk inrichten met behulp van legal tech’. Ik moet eerlijk bekennen dat ik geschokt was toen bleek dat van de honderd aanwezige jonge advocaten er slechts twee het met mij eens waren.
Uit nadere inspectie bleek dat deze lage score vooral gebaseerd was op onbekendheid met de term ‘legal tech’ en de toepassing ervan. Na een uitgebreidere toelichting, en enkele concrete voorbeelden te hebben gegeven, liet een hernieuwde stemming zien dat vijftig van de jonge advocaten het eens waren met de stelling.
Deze ervaring bevestigde mijn beeld: jonge advocaten groeien wel op met digitalisering, maar leren dit niet te vertalen naar hun eigen vak. Het feit dat de term legal tech onbekend was, bevestigt dat op de universiteiten het onderwerp nauwelijks aandacht krijgt.
Aangenaam verrast
Vorige week werd ik aangenaam verrast tijdens het congres van de International Bar Association (IBA) in Amsterdam. Toen ik daar de aanwezige senior advocaten dezelfde stelling voorlegde, bleek 75 procent het eens te zijn. Hoe kan het dan toch dat legal tech nog maar mondjesmaat wordt toegepast?
De senioren zien het belang, maar schuiven de uitvoering door naar de jongere generatie. De jongere generatie wordt vervolgens niet gewezen op het belang, en de taak die voor hen ligt. En zo gebeurt er uiteindelijk niet veel.
Ondertussen neemt de druk van cliënten van advocatenkantoren wel toe. Zij zijn wat mij betreft de aanjager van de (beperkte) juridische innovatie die binnen advocatenkantoren plaatsvindt. Dit omdat zij van kantoren eisen dat ze meegaan in het digitale tijdperk.
Ruimte geven aan jonge advocaten
Ik wil kantoren, juridische afdelingen en universiteiten van harte aanbevelen om aan jonge advocaten expliciet ruimte te geven om te experimenteren met legal tech. Leer hen hun digitale skills niet af, maar laat hen deze inzetten om de waarde van de praktijk te verhogen.
Ga in gesprek met cliënten. Ga op zoek naar hun behoeften en combineer de kennis en ervaring van de seniors met de digitale behendigheid van de jeugdige advocaten, om zo vernieuwende oplossingen te realiseren. Laat hen samenwerken met, en leren van bedrijfsmatig ingestelde legal innovators, die het vak advocatuur vanuit een ander perspectief bekijken.
Een goed voorbeeld van dit soort kruisbestuiving zien we in het Project Perspektief, dat ik met mijn eigen bedrijf NOUN mag uitvoeren voor de Raad van Rechtsbijstand. Hierbij slaan sociaal advocaten de handen ineen met legal innovators om oplossingen te bedenken voor de toekomstbestendigheid van de sector.
De makkelijke weg
Ik zie dat veel kantoren kiezen voor ‘de makkelijke weg’ als het om legal tech gaat. Ze houden van een startup-challenge, of laten de jonge advocaten een legal design-training volgen. Dit zijn stapjes op weg naar meer bewustwording, maar om echt tractie in je praktijk te genereren is het inzetten van multidisciplinaire teams een must. Dit soort training on the job helpt kantoren daarnaast om nieuw talent aan te trekken en aan zich te binden.
Bij gebrek aan initiatief bij de kantoren zelf, moeten we de kruisbestuiving misschien op landelijk niveau faciliteren. In andere landen gebeurt dit al. Zo brengt Lexlab legal tech-bedrijven en rechtenstudenten samen, binnen de rechtenopleiding van de University of California. Dit gebeurt in een soort van accelerator, waarbij lessen over juridische technologie in de praktijk worden gegeven.
Advocatuur compatibel maken
‘Law students need to hear from people on the ground’, zo stelt Alice Armitage, oprichter van LexLab. Maar ook dichterbij, bij onze buren in België, zijn goede initiatieven voor de kruisbestuiving. Omdat legal tech ook daar geen onderwerp is in de opleiding, is een landelijke taskforce opgericht die zich bezighoudt met beleidsontwikkeling om de sector meer future proof te maken.
Ook is er een commissie die handvatten ontwikkelt waarmee advocaten meer digitalisering kunnen inzetten om hun praktijk efficiënter te maken. Moeten we hier niet een Nederlandse versie van maken? Vanuit Dutch Legal Tech zouden we dat graag oppakken met andere partijen in de markt. Wie durft?
Hoe dan ook: we moeten samenkomen om de Nederlandse advocatuur compatibel te maken met de eenentwintigste eeuw. Jong en oud, juridisch en bedrijfsmatig onderlegd. Vanuit gebundelde krachten is het verschil te maken.
Foto: Fred Libochant / Roel Dijkstra Fotografie