Waarom heten rechters bij de hoven en de Hoge Raad nog exclusief ‘raadsheer’, en zijn er geen ‘raadsdames’? Vorig jaar kaartte een groep juristen dit aan middels een social media-actie. Nu willen zij daarover in gesprek met Franc Weerwind, minister voor Rechtsbescherming.
De social media-campagne deed destijds stof opwaaien. De groep – waaronder rechters en advocaten – vond de titel ‘raadsheer’ anno 2021 ouderwets en uitstralen dat de hoge rechter in Nederland gewoonlijk een man is. Zij pleitten daarom voor een genderneutrale vervanging van de term. Kamervragen van D66, PvdA en GroenLinks volgden, die werden beantwoord door Sander Dekker – destijds (demissionair) minister voor Rechtsbescherming.
Dekker stond niet onwelwillend tegenover het aanpassen van de titulatuur, via een wetswijziging, naar een of meerdere genderneutrale functietitels. Ook was hij van mening dat ‘sekseneutrale titels voor rechters beter aansluiten bij de realiteit’. De voormalige minister gaf daarbij echter aan dat een dusdanige wetswijziging niet eenvoudig is: ‘De begrippen ‘raadsheer’ en ‘raadsheren’ komen in verschillende wetten voor, alsmede in de op die wetten gebaseerde lagere regelgeving. […] Wijziging van het begrip raadsheer behelst dan ook een uitgebreide wetgevingsoperatie, met potentieel grote gevolgen voor de rechtspraktijk.’
Brief aan minister
Dekker schoof de uiteindelijke beslissing omtrent de benodigde wetswijziging door naar het nieuwe kabinet, maar sprak hierover wel met de Raad voor de rechtspraak. Ook trad Weerwinds voorganger in gesprek met het Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum over de mogelijkheden onderzoek te doen naar sekseneutrale functietitels.
De actievoerende juristen hebben nu, in een brief, de huidige minister voor Rechtsbescherming herinnerd aan de te nemen beslissing. ‘Wij verzoeken u voort te zetten wat uw ambtsvoorganger is begonnen. […] De wetgever is verplicht de praktische verwezenlijking te verzekeren van gelijkheid van mannen en vrouwen door middel van wetgeving of met andere passende middelen. Ook behoort de overheid zich te onthouden van ieder discriminerend handelen jegens vrouwen. Deze argumenten zijn toegespitst op de verhouding man/vrouw, maar ook breder pleiten wij tegen de discriminerende werking van mannelijke functietitels jegens alle andere genders.’
Verder schrijft de groep te willen praten met Weerwind om toe te lichten ‘welk groot maatschappelijk belang gediend is met spoedige aanpassing van wet- en regelgeving.’