Een studie heeft de veranderende strategie van Big Four-accountantskantoren op de Britse juridische markt blootgelegd. Voorheen hadden de firma’s de ambitie om ‘net als advocatenkantoren te zijn maar dan groter’. Nu richten PwC, KPMG, EY en Deloitte zich meer op alledaags juridisch bulkwerk, waar veel advocatenkantoren juist voor bedanken.
Volgens het onderzoek van LexisNexis richten de accountantskantoren zich op de juridische sector sinds de jaren 1990. De Big Four imiteerden aanvankelijk zoveel mogelijk de handel en wandel van traditionele advocatenkantoren: topadvocaten werden aangenomen, die van zaak tot zaak fee-for-service-werk leverde voor prestigieuze cliënten. Inmiddels is de strategie van de Big Four veranderd. De kantoren zetten in op technologie en procesefficiëntie om laagdrempelig dagdagelijks juridisch werk op grote schaal te verwerken tegen een lage kostprijs, en zo bedrijven te ondersteunen.
Deze veranderde strategie van de Big Four past in de trend van de opkomst van zogenoemde ALSP’s – oftewel alternatieve juridische dienstverleners -, waarvan het gebruik de afgelopen vijf jaar aanzienlijk is toegenomen. Volgens LexisNexis is het ‘Big Four versus advocatuur‘-vraagstuk hierdoor veranderd. Niet langer is de vraag of Big Four-kantoren prestigieuze zaken gaan behandelen voor spraakmakende cliënten. Nee, met belangstelling wordt nu gevolgd hoe de Big Four profiteren van de groei van ALSP’s, en hoe ze de wijze veranderen waarop juridische diensten worden verleend.
Tot dusver lijkt de veranderde strategie de Big Four aan de andere kant van de Noordzee geen windeieren te leggen. LexisNexis schat dat PwC zijn inkomsten uit geleverd juridisch werk de afgelopen vijf jaar heeft verdubbeld – van 48,5 miljoen Britse pond, naar honderd miljoen. KPMG heeft deze inkomsten zelfs verdrievoudigd: van twaalf miljoen naar 45 miljoen. In dezelfde periode zijn ook de juridische teams van de Big Four-kantoren aanzienlijk gegroeid, aldus het onderzoek.
‘De Big Four bieden een veel hogere integratie van technologie, project- en procesmanagement; ze hebben een enorm aantal mensen in dienst, met een scala aan specialismen, en ze zijn veel mondialer dan zelfs het meest wereldwijde advocatenkantoor. Daarom zijn de Big Four voor veel soorten problemen, waarmee bedrijven worden geconfronteerd, een aantrekkelijke oplossing,’ zegt David Wilkins, professor aan de Harvard Law School, in het onderzoek.
Ook wordt in de studie gesuggereerd dat vooral grote advocatenkantoren onder druk komen te staan door de ‘nieuwe’ strategie. De Big Four focussen zich namelijk op werk – zoals due diligence bij fusies en overnames – dat middelgrote advocatenkantoren vaak niet doen. Verder zijn de tech-enabled juridische oplossingen van de Big Four niet enkel interessant omwille van de betere prijs-kwaliteitverhouding en efficiëntie, maar ook omdat de accountantskantoren ze aanbieden binnen hun bredere diensten. Als een bedrijf reeds samenwerkt met PwC, KPMG, EY of Deloitte op het gebied van audit, belasting of consultancy, kan het daaraan gemakkelijk de juridische diensten toevoegen.