De NOvA en de VSAN reageren verheugd op een recent aangenomen Tweede Kamer-motie die aan de sociale advocatuur meer geld belooft. Scepsis is er echter ook. “Het recht is niet meer voor de mensen, maar tégen de mensen. Dat draai je niet zomaar om.”
Volgens de motie over de reikwijdte van artikel 68 in de Grondwet, ingediend door Jesse Klaver (GroenLinks) en Lilianne Ploumen (PvdA), moet de rechtspositie van burgers worden versterkt. In de motie wordt daarom onder meer uitgesproken dat structureel voldoende middelen worden vrijgemaakt voor de sociale advocatuur. Dit ‘in de geest van het advies van de commissie-Van der Meer‘ uit 2017.
Ook wordt in het document gerept over het in ere herstellen van de informatiepositie van de Tweede Kamer, een einde maken aan racisme en het stoppen van discriminerende algoritmen, en voldoende aandacht voor de uitvoering en de gevolgen van beleid. ‘De tegenmacht in onze democratie moet worden gekoesterd’, aldus Klaver en Ploumen.
Niet te laat
De motie is op donderdag 29 april aangenomen met handopsteken; maar liefst 122 van de 150 Kamerleden waren voor. Hierop reageert de Vereniging Sociale Advocatuur Nederland (VSAN) verheugd. “Eindelijk een opdracht van de Kamer aan de regering om meer geld te investeren in de sociale advocatuur,’ stelt VSAN-voorzitter Reinier Feiner in een persbericht. “Het is laat, maar nog niet te laat.”
Ook de Nederlandse Orde van Advocaten (NOvA), bij monde van Bernard de Leest (lid algemene raad), noemt de aangenomen motie goed nieuws. “De toeslagenaffaire heeft eens te meer laten zien hoe belangrijk het is dat burgers met een laag inkomen ook bijstand van een advocaat kunnen krijgen, via het stelsel van gefinancierde rechtsbijstand.”
Dezelfde poppetjes
Er is al lange tijd veel te doen over de sociale advocatuur: tegen te magere tarieven staan sociaal advocaten pro-deo-cliënten bij. Hierdoor kunnen zij nauwelijks meer rondkomen van dit soort zaken, waardoor deze vaker worden geweigerd; met een verminderde toegang tot het recht als gevolg. Hoewel de motie hierin verandering moet brengen, wordt er ook sceptisch gereageerd. Zo reageert Feiner tegenover BN DeStem niet louter verheugd, maar ook kritisch en zelfs argwanend op de vraag of de motie uiteindelijk effect zal hebben. “Er worden geen bedragen genoemd in de motie, dus dat blijft vaag. Het kabinet zal ook snel in actie moeten komen, want het water staat ons aan de lippen.”
Ook een Brabantse sociaal advocaat, Nicolette Heijkant, loopt niet op de zaken vooruit. “Eerst zien, dan geloven,” waarschuwt zij in dezelfde krant. “De VVD heeft het rechtssysteem de laatste tien jaar volledig op slot gezet. Het recht is niet meer voor de mensen, maar tégen de mensen. Dat draai je niet zomaar om. Rutte zegt een keer sorry, lacht twee keer en kan gewoon blijven zitten. Dezelfde poppetjes moeten nu aan een andere bestuurscultuur gaan werken, daar heb ik niet zoveel vertrouwen in.”
Tot slot reageert ook strafrechtadvocaat Jan Vlug uit Deventer op de recente ontwikkelingen. In dagblad de Stentor geeft hij te kennen ‘voorzichtig blij’ te zijn met de aangenomen motie. “Door de toeslagenaffaire ziet iedereen ineens het licht,” zegt Vlug. “Slachtoffers van de toeslagenaffaire hebben alle procedures tegen de overheid verloren. Nu begrijpt iedereen ineens hoe belangrijk het is dat de overheid zijn eigen tegenspraak organiseert. Een goed toegankelijk rechtssysteem is belangrijk is om dit soort ellende te voorkomen.” Toch heeft ook Vlug zijn bedenkingen. “Het is een begin, maar er wordt nog niet duidelijk hoeveel geld er komt en welk deel waarheen gaat.”