Zowel de Nederlandse Orde van Advocaten (NOvA) als de Koninklijke Notariële Beroepsorganisatie (KNB) verzetten zich tegen inperking van het wettelijk fiscaal verschoningsrecht. Onnodig en onwenselijk, schrijven beide organisaties in reacties op het bijbehorende conceptwetsvoorstel.
De voornaamste aanpassing in de wet: belastingplichtigen moeten altijd hun relevante informatie verstrekken aan de Belastingdienst, of zij nu wel of niet een advocaat of notaris hebben ingeschakeld. Het wetsvoorstel is opgesteld naar aanleiding van de in januari 2017 aangekondigde Panama Papers-maatregelen om belastingontduiking harder aan te pakken. Het doel van het kabinet is om tot een ‘eerlijker belastingheffing’ te komen.
De NOvA spreekt in haar reactie aan staatssecretaris Vijlbrief van Financiën van een ‘overbodig wetsvoorstel dat moet worden ingetrokken’. Volgens de advocatenorde creëert het wetsvoorstel juist onduidelijkheid en lost het geen problemen op, maar schaadt het juist de belangen van de burger indien die niet meer in vertrouwen met een geheimhouder kan spreken.
Mocht het wetsvoorstel worden aangenomen, dan kan de Belastingdienst inzage krijgen in de communicatie tussen advocaten of notarissen en hun cliënten. “Het recht op vertrouwelijke communicatie met geheimhouders als advocaten komt hierdoor onder druk te staan. Daarmee wordt een belangrijk principe in onze samenleving geschaad,” schrijft de NOvA, die over dit punt graag verder in gesprek wil met de staatssecretaris. “Voorkomen moet worden dat wetgeving tot stand komt die een belangrijk rechtsbeginsel uitholt en tot jarenlange procedures leidt.”
De NOvA noemt de ‘aantasting van het verschoningsrecht’ in het wetsvoorstel daarnaast overbodig. “De wet bepaalt al dat de belastingplichtige verplicht is de stukken te geven als de Belastingdienst daar om vraagt. Het wetsvoorstel spreekt over ‘fiscaal verschoningsrecht’. Dit wekt de suggestie dat het verschoningsrecht zich laat onderscheiden naar rechtsgebied. Als algemeen rechtsbeginsel heeft het verschoningsrecht echter een algemene, in alle rechtsgebieden geldende werking.”
KNB: inperking disproportioneel
De KNB heeft zich bij dit standpunt aangesloten. “Gelet op de jurisprudentie van de Hoge Raad en de al bestaande mogelijkheden van de Belastingdienst om informatie op te vragen bij belastingplichtigen, is deze voorgestelde inperking niet nodig en disproportioneel,” aldus de brief vanuit het notariaat. “Deze is bovendien in tegenspraak met de toelichting op het conceptwetsvoorstel. Daarin wordt aangegeven dat verduidelijking van het wettelijk fiscaal verschoningsrecht wordt beoogd en dat de reikwijdte hiervan ongewijzigd blijft.”
De KNB kan zich wel vinden in verduidelijking van de regels, ‘voor zover nodig’. Volgens de beroepsorganisatie ontbreekt echter de noodzaak om het verschoningsrecht van de notaris in te perken. Daarbij noemt de KNB het ‘onjuist’ om het verschoningsrecht ten opzichte van de Belastingdienst als iets bijzonders te zien. “Het verschoningsrecht is gebaseerd op een algemeen rechtsbeginsel, dat onafhankelijk van een specifiek rechtsgebied gelding heeft.”