Deze quarantaine doet me denken aan de tijd in Dubai met mijn gezin. We waren daar twee jaar lang enorm op elkaar aangewezen en dat versterkte onze band. Waar je hier afleiding buitenshuis kunt vinden met etentjes en familiebezoeken, waren we in Dubai meestal thuis na het werk en in het weekend.
Daar kwam bij dat ik tijdens de zwangerschap van mijn tweede zoon een ‘placenta praevia’ had en drie (!) maanden bedrust moest houden. Dat leek in het begin niet te doen. Ineens was ik afhankelijk van andere mensen. Kon ik de deur niet uit. En moest ik mijn dagen een nieuwe invulling geven. Ondertussen maakte ik me zorgen om mijn ongeboren baby en miste ik mijn ouders. Algauw merkte ik dat routine wonderen doet. Net als dagelijks mediteren en de situatie (inclusief mijn zorgen) accepteren. In vechten of vluchten geloof ik gewoon niet. Toen niet en nu niet.
Die inzichten uit Dubai heb ik tijdens deze quarantaine met succes toegepast. Eigenlijk heb ik de vorige quarantaine stiekem als zó plezierig ervaren, dat ik er dit keer minder moeite mee had. Tegelijk ben ik me ervan bewust dat ik in een ongelofelijk gezegende positie verkeer, waarbij het niet meteen een ramp is dat ik een tijdje niet kan werken. En gelukkig is mijn familie gezond. Voor veel mensen is dat anders. Dat realiseer ik me iedere dag opnieuw. Daardoor voel ik me zelfs verschuldigd om mijn zegeningen te tellen en er het beste van te maken. Het kan immers zo veel slechter.
Al mis ik mijn werk wel. In solitude schrijven, zonder drie kleine kinderen om me heen. En zonder een man die de halve dag met zijn nieuwe AirPods Pro in rondloopt (aangeschaft op de eerste dag van deze quarantaine). Dat zullen meer mensen herkennen. Dat zij hun werk missen, hun collega’s of de manier van werken. We krijgen meestal ook meer waardering op ons werk dan thuis. Hoe mooi is het om daar achter te komen? Dat je houdt van je werk (en nog steeds van je – hele – gezin). In de hoop dat je straks je werk weer kunt uitvoeren, wellicht in een andere vorm.
Ik denk natuurlijk ook weleens aan alle kansen die ik nu misloop: er stonden schrijfworkshops, workshops werkgeluk en een interviewserie op film gepland. Gaat daar ooit een nieuwe datum voor komen? Blijft mijn werk een prioriteit voor bedrijven? Er verschijnen straks vast diverse quarantainedagboeken en romans. Daarvan had ik de schrijver kunnen zijn. Maar ik vul mijn dagen nu met home schooling. Moet ik straks op zoek naar ander werk? Aan wat voor werk is behoefte? De Pabo of Raio zijn de revue al gepasseerd. Er is vast wel een plek waar ik waarde kan toevoegen, behalve achter de schijftafel. Daar vertrouw ik op.
Berusting in deze wending van de wereld brengt me meer dan denken aan gemiste kansen. Aan wat we zonder corona hadden kunnen doen. Al mogen die momenten er ook best even zijn. Wegdrukken heeft geen zin, maar gaan wonen in dat soort gedachten brengt me niets. Eigenlijk voert nieuwsgierigheid bij mij de boventoon. Ik ben mateloos nieuwsgierig en zo benieuwd hoe deze film verdergaat. Er wordt druk gespeculeerd, bekritiseerd, gefilosofeerd. Maar niemand weet wat er gaat gebeuren. Fascinerend.
Kortom, het enige waar we zelf over gaan, is hoe we dealen met deze situatie. Ook als die nu uitzichtloos lijkt. We kunnen kiezen hoe vergevingsgezind we zijn. Naar elkaar, maar vooral ten opzichte van onszelf. We voelen ons massaal schuldig over ons vlieggedrag, vraatzucht, shopgekte, onderwaardering van de zorg en gejaagdheid van de afgelopen decennia. Door de quarantaine waarderen we weer wat we hebben. En merken we dat we best met minder kunnen. Laten we onszelf vergeven en proberen om bewuster en inclusiever te leven.
Wie weet krijgen we ooit heimwee naar deze quarantaine, zoals ik soms met weemoed terugkijk op mijn bedrust in Dubai. En maken we er vrijwillig een vaste gewoonte van: eens per jaar twee weken in quarantaine in plaats van een vervuilende verre vliegreis. Naar binnen blijven keren, in plaats van naar buiten. Een betere bestemming bestaat er namelijk niet.