Een advocate uit het ressort Den Haag is in hoger beroep in twee zaken van het tableau geschrapt door het Hof van Discipline. Ze loog tegen cliënten over de voortgang van procedures, áls ze hen al antwoordde. Ze kon naar eigen zeggen de ‘dwingende houding’ van sommige cliënten niet goed aan.
Een van die cliënten was een moeder met een klacht over de logopediste van de school van haar dochter. De advocate zou vinger aan de pols houden en laten weten wanneer er een hoorzitting bij een klachtencommissie zou plaatsvinden, maar in werkelijkheid liet ze niets van zich horen. Op de dag van de hoorzitting verscheen de moeder alleen voor de commissie en schitterde de advocaat door afwezigheid.
Terwijl de moeder de commissievoorzitter bedreigde omdat de hoorzitting toch was doorgegaan, bezwoer de advocaat dat ze toch écht had laten weten dat ze was verhinderd. In latere correspondentie stelde ze tegenover de commissie dat ze zich nooit als de advocaat van de moeder had aangemeld.
In een andere civielrechtelijke procedure bij het gerechtshof hield ze een cliënt lange tijd aan het lijntje. Ze beloofde gedurende een jaar meerdere malen brieven en stukken aan het hof te sturen en om beslag te leggen, maar in werkelijkheid kwam hier weinig tot niets van terecht. Contact met de cliënt vermeed ze zoveel mogelijk, om maar te verhullen dat ze haar werk niet goed – of in het geheel niet – uitvoerde.
Het Hof van Discipline geeft in de twee uitspraken aan er geen vertrouwen in te hebben dat de advocate haar gedrag nog zal verbeteren – ondanks dat ze de hulp van een coach zou hebben gezocht –. Ze was eerder bovendien al drie keer gewaarschuwd en twee keer berispt voor soortgelijk gedrag.
Bij het besluit om haar van het tableau te schrappen speelt verder mee dat de tuchtrechter deze twee zaken nagenoeg tegelijkertijd behandelde, en dat de bijbehorende klachten inhoudelijk ‘grote overeenkomsten vertonen.’ In het ene geval gaf ze misleidende informatie aan de moeder waarmee ten onrechte de klachtencommissie in een kwaad daglicht kwam te staan. Ook de andere cliënt loog ze meer dan eens voor. Het verweer dat de advocate enkele TIA’s zou hebben gehad, die haar geheugen hebben aangetast, kan ze bij het hof niet onderbouwen met een medische verklaring.
‘Ter zitting heeft verweerster aangegeven dat zij het moeilijk vindt om tegenwicht te bieden aan cliënten, die soms een erg dwingende houding kunnen aannemen,’ zo motiveert het Hof van Discipline de twee beslissingen. ‘Wat hier ook van zij, uit het dossier en hetgeen partijen ter zitting hebben verklaard leidt het hof af dat verweerster niet schroomt om in strijd met de waarheid mededelingen te doen aan cliënten en derden, teneinde haar eigen nalatigheid en/of gebrek aan deskundigheid te verbloemen.’