Een van de voordelen van freelancen is dat ik nooit meer een functioneringsgesprek heb. Het feit dat mijn rekeningen worden betaald en ik dat word teruggevraagd door opdrachtgevers, zie ik als een positieve beoordeling. In de advocatuur snakte ik naar een beoordelingsgesprek of BILA, zodat ik eindelijk zou weten wat mijn manager van mij verwachtte. En zodat ik eindelijk ook zelf feedback kon geven.
Door Fleur Brockhus, auteur van o.a. De urenfabriek en Mest voor de werkvloer
Maar door de drukte op het werk kwam zo’n gesprek er niet van. En toen het er uiteindelijk wel van kwam, na een jaar en een hoop dreigende herinneringsmails van HR, ging het alleen over mijn werk; het dossier dat ik de afgelopen twee weken had behandeld. Laat staan dat er ruimte was voor mijn weerwoord of feedback. Tja.
Onderzoek van arbeidspsycholoog Kilian Wawoe (VU Amsterdam) concludeert dat beoordelingsgesprekken minstens een miljard euro kosten en niets dan frustratie opleveren volgens managers en medewerkers. Bovendien zegt zo’n gesprek meer over de beoordelaar dan over de beoordeelde. Overigens worden mannen en de mensen met de grootse bek (precies) vaak als beste beoordeeld.
Er circuleren dus allerlei petities voor het afschaffen van het ‘veroordelingsgesprek’. En daar zit wel iets in. De vraag: Hoe vind je zelf eigenlijk dat het gaat? Is natuurlijk een dooddoener die niemand meer kan horen. Bedrijven zoals Netflix, Rabobank en Achmea hebben allang afscheid genomen van het ouderwetse beoordelingssysteem. Daar mag iedereen zelf bepalen hoe en hoe vaak ze met elkaar in gesprek gaan. Goed idee! Denk je misschien. Maar met het afschaffen van zo’n gesprek loop je dus wel het risico dat je helemaal nooit meer met elkaar in gesprek gaat, zeker in de advocatuur. Want daar is met elkaar in gesprek gaan nog niet zo gebruikelijk.
Hoe kun je dan wel een goede modus vinden voor een gesprek? In plaats van een standaard functioneringsgesprek met standaard formulier kun je in januari alvast voor iedere maand van dat jaar in je agenda (laten) zetten: ‘Goed Gesprek’ tussen naam leidinggevende / naam medewerker/stagiaire. Klinkt veel beter en daarmee is de intentie alvast anders.
Wat zijn de voorwaarden voor een Goed Gesprek? Nu ga ik even terug in de tijd. Hoe had mijn droomgesprek met mijn lastige patroon er uitgezien? Dat het gesprek gelijkwaardig was. Dat we allebei open waren. Dat we allebei vragen stelden en luisterden naar de ander. Dat het over de werkdruk ging en over wederzijdse wensen. Dat er geen beoordeling of veroordeling uit het gesprek rolde. Maar wel actie. En dat het gesprek ongestoord kon plaatsvinden, dus zonder afleiding van mailtjes, telefoontjes en binnenlopende collega’s. In een prettige omgeving waar we naast elkaar zaten. Dus niet achter een bureau in een tochtige kamer. Misschien met een koekje erbij? Of buiten terwijl we wandelden.
Het klinkt zo makkelijk, een Goed Gesprek voeren met elkaar, maar in de praktijk blijkt het een flinke klus. Het werk gaat meestal voor. Dus heeft de leidinggevende geen idee hoe het eigenlijk gaat met de medewerker. Wat hij nodig heeft en waar hij naartoe wil. En voor je het weet zit iemand thuis met een burn-out, bore-out of is hij er helemaal op out: op wereldreis met zijn gezin.
Weg medewerker. Had je nou maar dat Goede Gesprek gevoerd. Dan had je agenda nu niet volgestaan met sollicitatiegesprekken.