Het personeelstekort in het notariaat is dit jaar razendsnel gegroeid. Dat is een van de hoofdconclusies uit het nieuwe onderzoek Werken in het Notariaat van Sdu en de KNB. Ruim 40% van de bijna 650 respondenten geeft aan dat juridisch personeel moeilijk te vinden is. Een op de vier stelt zelfs dat nieuwe juridische krachten niet te vinden zijn.
In 2015 gaf 36% van de respondenten uit het notariaat nog aan dat juridisch personeel ‘prima te vinden’ was. Over ondersteunende medewerkers zei 52% toen deze goed te kunnen vinden. In 2018 zijn deze percentages gedaald naar respectievelijk 6% en 16%. Het aantal respondenten dat aangeeft problemen te hebben met het vinden van kantoorpersoneel, is gestegen van 8% in 2015 naar 33% in 2018.
De andere kant van de medaille inzake de gespannen arbeidsmarkt is dat liefst 82% van de notarissen in loondienst – kandidaat-notarissen en toegevoegd notarissen – zegt zich ‘zeker’ te voelen van zijn of haar baan. Dat is nog iets meer dan vorig jaar, toen 78% dit aangaf.
“In de crisis hebben veel notarissen en kandidaat-notarissen het vak verlaten en die mensen keren niet snel terug,” zo verklaart KNB-voorzitter Nick van Buitenen het personeelstekort in de Werken in het Notariaat-special. “Bovendien stond ook de instroom aan universiteiten op een laag pitje. Die lijkt nu aan te trekken, maar het duurt lang voordat die nieuwe mensen het vak in zullen stromen. Van onze leden horen we dat ze zich daarom meer gaan richten op juristen die niet-notarieel zijn afgestudeerd en op juristen met een hbo-diploma.”
Minder wens om te ondernemen
Intussen willen steeds minder notarissen in loondienst zelf ondernemen – en dus zelfstandig notaris worden –. Van de mannelijke kandidaat-notarissen en toegevoegd notarissen zegt 39% ondernemer te willen worden, tegenover 19% van de vrouwen. Van alle notarissen in loondienst zou slechts 26% zelf willen ondernemen. Dat was in 2017 nog 32% en in 2013 36%.
Van Buitenen wijdt deze daling onder meer aan de naweeën van de crisis (‘een goed belegde boterham is niet altijd vanzelfsprekend’), maar ook aan het feit dat een notaris werkzaam is in een vaste standplaats. “Jonge mensen willen vaak dynamisch werk doen en in de loop van hun carrière nog wel eens switchen. Daarin past het minder goed om je voor langere tijd als notaris-ondernemer te binden aan een standplaats, zoals altijd de gewoonte is geweest.”
De KNB-voorzitter denkt daarom dat er in de toekomst minder toekomst is voor eenmanskantoren. “Met dat gegeven moeten we iets. Een antwoord op deze ontwikkeling kan zijn: meer samenwerkingsverbanden.”