Linklaters geeft zijn Duitse medewerkers de mogelijkheid van een 40-urige werkweek voor een lager salaris: het YourLink-carrièrepad. Officiële reden is de vraag om flexibiliteit, betere work-life balance en meer diversiteit. De kantoren moeten ook concurreren op de arbeidsmarkt met de bedrijfsjuridische afdelingen – hun klanten. Baker McKenzie en andere kantoren gingen Linklaters al voor. Nederland wil er nog niet aan.
Door Juriaan Mensch
Even rekenen. Een ouderwetse Duitse volbloedeerstejaars blijkt bij Linklaters €120.000 per jaar te krijgen. Zo’n YourLinker scharrelt in 40 uur zo’n €80.000 bij elkaar, een derde minder. Dus van een normale associate wordt minstens zestig uur per week knallen verwacht, twaalf uur per doordeweekse dag aan de bak. De Veertiger moet acht uur lang zijn kunsten vertonen.
Je hebt straks dus twee soorten advocaten, ‘Veertigers’ en ‘Zestigplussers’. Ik zie het al voor me: de frisse Veertiger komt fluitend om 9 o’clock sharp de kamer binnenwandelen, volledig bijgetankt na alweer een volle nacht slaap of avondje kwaliteitstijd met vrienden en familie.
Helemaal in balans.
De ietwat vadsige Zestigplusser zit dan al twee uur lang te due diligencen of zo, snel geïrriteerd vanwege slaapgebrek en chagrijnig door een chronisch ontevreden vrouw die klaagt dat ze te weinig aandacht krijgt. Ontspannen moet met wijn en Netflix. Weer is hij in slaap gevallen op de bank, uitgedroogd wakker geworden, de hand nog in de zak Dorito’s.
Spoel de klok acht declarabele uren vooruit en we zien de Veertiger al om 5 uur ’s middags ‘toedeloe’ zeggen tegen de Zestigplusser, die met rooddoorlopen ogen nog maar op tweederde van zijn werkdag zit. ‘Zet m op jonge! Succes met het afmaken van mijn werk. Ik ga naar yoga.’
‘Watje,’ denkt de zure Zestigplusser, die zichzelf nog maar eens met zijn € 40.000 aan extra inkomen feliciteert.
Helaas, de Veertiger heeft weer gelijk. Want die vier uur extra per dag levert in immateriële zin weinig meer op. Uit onderzoek blijkt dat €80.000 een heel mooi bedrag is. Na het bereiken van $ 75.000 aan salaris, neemt de geluksbeleving nauwelijks verder toe, mocht er nog meer binnenkomen.
En wat als nou blijkt dat de Veertigers ook nog eens betere, gezondere en gelukkigere advocaten zijn? Of per uur meer waarde toevoegen doordat ze effectiever werken, uitgeruster en scherper zijn en minder fouten maken? Ik ben benieuwd naar toekomstige cijfers over uitval door ziekte of burn-out in beide groepen.
Nederlandse kantoren willen nog niet aan dit soort alternatieve trajecten. Niet nodig, de arbeidsmarkt is hier anders dan in Duitsland, waar het moeilijker is om gekwalificeerde advocaten te vinden.
Maar mocht het ook hier mogelijk worden bij commerciële kantoren, dan geloof ik dat er geen run op 80 voor 40 komt. Want waarschijnlijk durven de stagiairs en medewerkers het toch niet.
Dat zit hem vooral in de cultuur. Op het Jonge Balie congres in November vorig jaar vroeg dagvoorzitter Jort Kelder: ‘Van wie mag het wel wat minder?’ Slechts twee dappere handen gingen omhoog. De helft durfde niet en loog door stilte.
Kelder legde met zijn vraag haarfijn het taboe en de peer pressure bloot. Durven zeggen dat je minder wil werken als jonge advocaat, niet de standaard ambitie hebben, of simpelweg niet willen meedoen met de anderen is nog steeds not done. Die ‘veel-en-hard-werken-is-stoer-cultuur’ is nog altijd springlevend. Herinnert u zich deze nog? Wie niet meekan, liever vrienden en familie wil zien, of een leven naast werk wil, die is gewoon een watje.
Ik hoop dat de geboden carrièrepaden geen breuklijnen in de bedrijfscultuur oplevert, zoals hierboven geschetst, maar wel een cultuurverandering in gang zet. De cijfers over uitval, uitstroom, diversiteit, stress, middelenmisbruik, depressie, echtscheiding en psychische klachten onder advocaten rechtvaardigen het.
Watjes hebben gelijk.