Met de vorig jaar geïntroduceerde CT6 richt Cadillac zijn pijlen op de bovenkant van de zakelijke markt. Meer specifiek: op de BMW 7-serie en de Mercedes-Benz S-klasse. Aan ambitie dus geen gebrek. De vraag is echter of dat genoeg is. Advocatie reed de ultieme verwenuitvoering: de CT6 Platinum.
Door Ewoud Hallebeek
Je kunt je afvragen wat Cadillac bezielt om zich met alle geweld in de Oude Wereld te willen meten met het beste wat de markt te bieden heeft. Europa uit, altijd lastig. Voor de beeldvorming: BMW verkocht vorig jaar in ons land bijna 20.000 auto’s, Mercedes tekende voor zo’n 15.500 exemplaren.
En Cadillac? De importeur stelde desgevraagd ‘de cijfers niet bij de hand te hebben’, maar de Bovag-website leert dat de Amerikanen in geen enkele verkoopstatistiek voorkomen. Het marktaandeel is 0,0%, hetgeen impliceert dat het aantal verkochte Cadillacs vorig jaar letterlijk op de vingers van één hand te tellen was. Waarom dan toch met een toplimousine, waarvan je op voorhand weet dat die nauwelijks kopers zal vinden, op de proppen komen?
Het antwoord op die vraag is even kort als simpel: China. Welgestelde Chinezen – en daarvan zijn er héél veel – hebben een diepgewortelde liefde voor merken die in Europa als ‘premium’ worden ervaren. Vandaar de komst van de CT6: als die hier voet aan de grond krijgt, al is het maar mondjesmaat, volgt het grote geld in China vanzelf. Marketing is immers alles.
Voor Cadillac is er nog een hoop werk te verzetten, zo werd ons duidelijk in de paar dagen dat we de CT6 Platinum de onze mochten noemen. In deze prijsklasse is imago een niet te onderschatten – om niet te zeggen doorslaggevende – factor. Het uiterlijk is natuurlijk een kwestie van smaak (wij kunnen het wel waarderen), maar op het woord ‘Cadillac’ kregen wij vooral als reactie ‘ojee’, gevolgd door een plastische beschrijving van het beeld dat men van het merk heeft. Om vervolgens aangenaam verrast te zijn bij het aanschouwen van de auto. Waarmee maar gezegd wil zijn dat Cadillac nog een lange weg te gaan heeft alvorens het in één adem met de gevestigde Duitse orde wordt genoemd.
Pratend met de Cadillac-verkoper zal er van keuzestress hoegenaamd geen sprake zijn. De CT6 is er namelijk in slechts twee uitvoeringen en extra bij te bestellen accessoires – afgezien van metallic lak – zijn er niet. En dus is het heel simpel: wilt u de Luxury (€ 112.780) of opteert u voor de Platinum (€ 136.500)? Beide uitvoeringen hebben hetzelfde benzinemotorblok (diesels worden in 2018 verwacht), dezelfde automatische versnellingsbak en vierwielaandrijving.
Om het verschil tussen beide uitvoeringen duidelijk te maken, zou je kunnen zeggen dat de Luxury is bedoeld voor mensen die hoofdzakelijk zelf rijden en de Platinum voor degenen die in de luxe positie verkeren dat zij vooral op de achterbank plaatsnemen. En hoewel die waterscheiding qua uitrusting grotendeels klopt, kent hij ook een manco. Stel: u bent een enthousiast automobilist en houdt ervan zelf het stuur ter hand te nemen. Dan wordt u blij van een bovengemiddeld goede wegligging. Bij de CT6 bent u dan veroordeeld tot de Platinum, want die is standaard voorzien van het Magnetic Ride Control-onderstel en een meesturende achteras (plus extra veiligheidssystemen en adaptieve cruise control, maar dat terzijde); voorzieningen die de Luxury niet heeft en op die uitvoering ook niet bij te bestellen zijn. Merkwaardig.
Wij reden met de Platinum, die zich – zoals gezegd – volledig richt op de man (m/v) op de achterbank (niet geheel toevallig kost hij hetzelfde als de BMW 750 Li en de Mercedes S 500e Lang Prestige, die in dezelfde vijver vissen). En wat een feest is het om achterin te zitten, met overvloedige beenruimte en elektrisch verstelbare zetels – verwarmd, gekoeld en met massagefunctie. Met een druk op de knop verrijzen uit de rugleuningen van de voorstoelen twee beeldschermen. In de armsteun tussen de achterstoelen vindt u de afstandsbediening voor het infotainment systeem, talloze HDMI-, USB- en Aux-poorten, en twee draadloze koptelefoons. De klimaatbeheersing heeft vier gescheiden zones en het Bose Panaray Surround Sound systeem niet minder dan 34 (vierendertig!) speakers. Dat de Platinum zijn eigen 4G WiFi-hotspot is en dat uw smartphone draadloos wordt opgeladen, mag in dat verband dan een vanzelfsprekendheid heten.
De interieurafwerking en standaarduitrusting zijn boven iedere twijfel verheven, maar de materiaalkeuze deed ons toch een beetje de wenkbrauwen fronsen. Het is nogal veel, om het zo maar eens te zeggen: leer, aluminium, hout, carbon, plastic… En dat allemaal tegelijkertijd opgediend. Cadillac biedt vijf vaste ‘interieurcomposities’, wat in deze prijsklasse tamelijk beperkt mag worden genoemd. Onze testauto was zowel van binnen als van buiten uitgevoerd in ‘alles zwart’ en dat bracht ons niet bepaald in jubelstemming. Toegegeven, het is een kwestie van smaak, maar wij zouden opteren voor Phantom Gray Metallic (€ 780), ‘Cinnamon’-leer en pianolak details.
De aluminium drieliter V6 is uiterst modern, met twee turbo’s, directe brandstofinspuiting en ‘cylinder deactivation technology’ (tijdens deellast worden twee cilinders uitgeschakeld) en stop/start voor optimale groenheid. Dat vertaalt zich in een gezonde 417 pk en 555 Nm (240 km/u, 0-100 in 5,7 sec) en – volgens de fabrikant – een gemiddeld brandstofverbruik van 1 op 10. Een hele fijne krachtbron – die een betere versnellingsbak verdient. De GM Hydra-Matic achttraps automaat schakelt zijdezacht, maar heeft bij lagere snelheden (stadsverkeer) de hinderlijke gewoonte continu tussen twee versnellingen te twijfelen. Dat is weliswaar geen halszaak en eenmaal op snelheid is het al helemaal geen issue meer, maar feit is dat er betere versnellingsbakken op de markt zijn. Dat geldt evenwel niet voor het onderstel, dat zonder meer tot de top van de industrie behoort: zeer neutraal, karrenvrachten grip, nauwelijks body-roll en met bijna de perfecte mix tussen comfort en sportiviteit.
Met de CT6 biedt Cadillac non-conformisten een uitgelezen kans om zijn/haar eigenzinnigheid en individualistische karakter te onderstrepen, waarbij aanschaf welhaast als daad van verzet tegen het bloedstollend saaie automobiele establishment kan worden gezien. Een gewaagde keuze. Maar wel een verdedigbare. Wie durft?
Ewoud Hallebeek (1966) werkt, na de verkoop van zijn notarispraktijk, sinds 2009 voor Sdu Uitgevers. Daarnaast is hij sinds 1995 werkzaam als freelance autojournalist. Van zijn hand verschenen inmiddels honderden artikelen in diverse autotijdschriften. Zijn eigen autohistorie is tamelijk divers, van Mazda MX-5 tot Lancia Delta Integrale Evo en van Alfa Romeo Giulia tot Audi S4, ofschoon een lichte voorkeur voor klassiekers valt te bespeuren.