De Raad van Discipline in Amsterdam heeft vorige week per direct en voor onbepaalde tijd een Noord-Hollandse advocaat geschorst die zich al maanden onvindbaar houdt. De door de raad aangestelde waarnemer Witte weet ook niet waar hij uithangt, maar zegt wel ‘sporadisch’ contact te hebben via Whatsapp. De dossiers uit de verlaten praktijk draagt hij over aan andere advocaten.
Door Joris Rietbroek
De eerste signalen over de slechte bereikbaarheid van de advocaat dateren van juni, toen de adjunct-secretaris van Noord-Hollands deken Monique Brink probeerde om telefonisch contact met hem te krijgen. Meerdere in de zomermaanden gestuurde e-mails over zijn bereikbaarheid beantwoordde hij niet, de bij de Orde bekende telefoonnummers bleken achterhaald en het Googlen van zijn naam leverde enkel treffers voor zijn oude kantoor op.
Verder bleek hij zijn entreetoets nog niet te hebben gedaan, was de hoofdelijke omslag niet betaald, had hij in 2015 geen opleidingspunten gehaald en stonden er volgens het Landelijk Dienstencentrum voor de Rechtspraak nog enkele nota’s open voor te betalen griffierechten. Pogingen van de deken om hem op kantoor en thuis te bezoeken, strandden eveneens: hij was er niet. Vorige maand diende een voormalige cliënt een klacht in: de advocaat had zonder iets van zich te laten horen de werkzaamheden gestaakt.
Voor deken Brink was begin oktober de maat vol: zij diende een verzoek tot schorsing in. Een week later behandelde de Raad van Discipline het verzoek achter gesloten deuren – de advocaat liet zich niet zien – om nog een ruime week verder vervroegd de spoedschorsing uit te spreken. ‘Genoegzaam is gebleken dat verweerder geen blijk heeft gegeven zijn praktijk behoorlijk uit te kunnen oefenen’.
Brink weet sinds de beslissing van de raad nog steeds niet waar de advocaat zich bevindt en heeft hem ook niet gesproken. “Hopelijk kunnen we nog met hem in gesprek raken om te horen wat er aan de hand is,” zegt zij desgevraagd. “Mogelijk krijgt de tuchtprocedure dan een vervolg, al weten we natuurlijk nog niet wat zijn verhaal is.” De deken zegt ‘vermoedens’ te hebben over wat er speelt, maar spreekt deze niet uit.
Om de belangen van overige cliënten niet verder in gevaar te brengen, heeft de Raad van Discipline een waarnemer aangesteld in de persoon van advocaat Maarten Witte. Hij zegt ‘sporadisch’ contact te hebben met de advocaat, zonder dat hij diens verblijfplaats weet, en treedt op als ‘een crisismanager’: “Ik heb alle dossiers uit zijn praktijk meegenomen en breng deze onder bij andere advocaten. De omvang van de praktijk was nog maar vrij gering.”