In de krant las ik een interessant artikel. Het ging over wat er volgens vooraanstaande advocatenkantoren op je cv moet prijken om kans te maken op een baan. Topsporters, musici en ondernemers. Breed georiënteerde Millenials. Dáár zit de Zuidas op te wachten. Waarom eigenlijk?
Door Fleur Brockhus, schrijver van roman De urenfabriek
Wellicht kun je bepaalde kwaliteiten toeschrijven aan mensen die actief zijn geweest naast hun studie. Maar waarom juist zoeken naar activiteiten die niets met de rechtenstudie te maken hebben?
Ik ben van de patatgeneratie. Met hoge cijfers, een stage in het buitenland, een baantje op de universiteit en een bevlogen verhaal werd ik aangenomen bij een topkantoor. Niemand vroeg naar mijn vooropleiding aan de toneelschool. De nieuwe vijver waaruit gevist wordt, de Millennials (ook wel generatie Y genoemd), is breed georiënteerd. Het is over het algemeen een ondernemende, eigenzinnige en bewuste generatie. Zo verkopen ze op zaterdagochtend veganistische kaas op de bio-markt in Amsterdam-Zuid. Of op zaterdagavond zichzelf als DJ Bessensap. Ze bezoeken Burning Man. Er is zelfs een advocatenkantoor dat daar slim op inspeelde door een tripje Burning Man te verloten onder de jonkies.
Leuk en lekker creatief allemaal, maar ik zie een klein probleem met deze duizendpotige Millennials: vrije tijd bestaat niet op de Zuidas. Niet als je daar wil doorstoten naar de top. Dan wordt zo’n interessante hobby ineens een obstakel.
Dan nog iets. Als je in je studententijd al een eigen bedrijf hebt opgezet, heb je een streepje voor op de Zuidas. Want een ondernemende geest wordt daar enorm gestimuleerd. Er bestaan zelfs programma’s om jouw ondernemerschap verder uit te bouwen op kantoor. Leuk bedacht, maar wie verricht dan het echte advocatenwerk? Wie maakt de contracten, doet DD-onderzoek of schrijft een vurige pleitnota? Deze Millenial-mensen zijn misschien waardevol op papier, maar voor je het weet zijn ze weer doorgehobbeld. Want honkvast zijn ze niet.
Alle creatieve en ondernemende mensen om me heen, mijzelf meegerekend, verlaten de advocatuur vroeg of laat. Simpelweg omdat we creatief werk willen doen of willen ondernemen. Omdat we waarde hechten aan een leven buiten kantoor. Zo ken ik een jongen die parttime dj was toen hij begon in de advocatuur. Na vijf jaar heeft hij zijn baan opgezegd en schrijft nu scenario’s naast het werk als dj dat hij weer heeft opgepakt. Anderen zijn yogalerares geworden, biologisch boerin of vertrokken van de Zuidas om een eigen advocatenkantoor te starten.
Ik denk dat Zuidaskantoren veel beter kunnen mikken op mensen die vooral het recht als allergrootste hobby hebben. Die er echt helemaal niks anders naast willen doen. Die zelfs een kleedje op Koningsdag te ondernemend vinden en een moestuin van AH te creatief. Met een beetje geluk vieren die advocaten hun koperen jubileum op de Zuidas.