Een notaris is voor twee weken geschorst omdat hij bij verschillende ABC-transacties zijn onderzoeks- en zorgplicht had geschonden. Het verweer van de notaris dat de KNB hem niet tijdig had ingelicht over de risico’s bij dergelijke transacties hield geen stand. De eigen verantwoordelijkheid en te verwachten kennis van de notaris tellen zwaarder, aldus de Kamer van Toezicht in Rotterdam.
Naar de notaris werd een onderzoek ingesteld in verband met ‘mogelijk ongeoorloofde ABC-transacties en mogelijke betrokkenheid bij hypotheekfraude’. Van ABC-transacties is bekend dat ze misbruikt kunnen worden als instrument voor onder meer hypotheekfraude, belastingontduiking, witwassen en het oplichten van onwetende particulieren.
Uit de beoordeling van de klachten van het Bureau Financieel Toezicht, dat het onderzoek uitvoerde, blijkt dat het merendeel van die klachten gegrond of deels gegrond is. Het BFT schrijft: “Het is vaste jurisprudentie dat een notaris moet nagaan of een ongebruikelijk prijsverschil redelijk en afdoende verklaarbaar is.” De betreffende notaris heeft dat nagelaten door partijen niet om nadere inlichtingen en eventuele bewijsstukken te vragen en door geen aantekeningen bij te houden in een dossier. De notaris had bovendien dienst moeten weigeren, omdat de informatie voor de constructie onvoldoende verklaring bood.
Enkele klachten zijn wel ongegrond verklaard, omdat de notaris met redelijke verklaringen kwam voor de transacties. Het verweer van de notaris waarin hij stelt dat de KNB heeft nagelaten het notariaat tijdig in te lichten over de risico’s bij ABC-transacties, kon hem echter niet baten. De notaris redeneerde: “Pas in augustus 2007 heeft de KNB in het Notariaat Magazine de checklist voor het notariaat in geval van ABC-transacties gepubliceerd. Voor die tijd werd het dus niet van een notaris verwacht om extra alert te zijn bij ABC-transacties”De vlieger gaat niet op. De Kamer van Toezicht is van oordeel dat een notaris een eigen verantwoordelijkheid heeft en dat van hem mag worden verwacht dat hij een juiste kennis heeft van de betreffende regelgeving, van de Wid en de Wet Mot, ‘nu dergelijke kennis immers een vereiste is voor een behoorlijke uitoefening van zijn notariële praktijk.’
De notaris ziet zijn gebreken overigens wel in. Onder het standpunt van de notaris is te lezen: “De notaris erkent dat in een aantal onderzochte dossiers absoluut alerter en kritischer gewerkt had kunnen en moeten worden, dat er meer vragen gesteld hadden kunnen en moeten worden, dat er veel meer aan dossiervorming gedaan had kunnen en moeten worden en dat hij er naar zijn medewerkers meer bovenop had kunnen en moeten zitten.” Hij stelt dat hij in een enkel geval dienstweigering had moeten overwegen en een aantal transacties had moeten melden. De notaris is dan ook bereid nog niet gemelde ongebruikelijke transacties alsnog te melden.