Ondernemingen die de mededingingsbepalingen uit het EU-Werkingsverdrag overtreden, komen niet in aanmerking voor een boetevermindering als zij een complianceprogramma hanteren. Dat heeft de mededingingscommissaris van de Europese Commissie, Joaquin Almunia, op 25 oktober gezegd in een speech voor Business Europe en de Amerikaanse Kamer van Koophandel.
Almunia baseert zijn stelling op twee grondslagen. In de eerste plaats blijkt uit het feit dat de mededingingsregels worden overtreden juist dat het compliance programma van de betreffende onderneming niet werkt. Door het compliance programma in dat geval als boeteverlagende factor aan te merken, wordt ‘window dressing’ beloond.
Als tweede argument noemt Almunia dat kleine ondernemingen worden benadeeld ten opzicht van grote ondernemingen op het moment dat het hanteren van een compliance programma boeteverlagend werkt. Het zijn volgens Almunia voornamelijk grote ondernemingen die in staat zijn om de kosten te dragen die het implementeren en instandhouden van een compliance programma meebrengen.
De zienswijze van de Commissie maakt een compliance programma uiteraard allerminst zinledig. Ondernemingen hanteren immers juist een compliance programma om te voorkomen dat de relevante regelgeving wordt overtreden. Als de regels onverhoopt toch worden overtreden, maakt het programma daarnaast snelle interne detectie mogelijk, waardoor de onderneming mogelijk clementie kan vragen.
Bron: Dirkzwager advocaten & notarissen