“Uitspraken van rechters over kostenvergoedingen na afgebroken onderhandelingen zijn volstrekt Russische roulette,” stelt advocaat Marcel Ruygvoorn in zijn proefschrift Afgebroken onderhandelingen en de juridische kwalificatie van voorbehouden. Bij het afbreken van deals (fusies en overnames, bouwprojecten enzovoort) zijn er veel verschillen tussen rechters in de behandeling van schadeclaims, aldus de promovendus.
Marcel Ruygvoorn is als partner van Van Benthem & Keulen vooral werkzaam op het gebied van het contractenrecht en het aansprakelijkheidsrecht. Hij promoveerde woensdag (3 juni) op bij de Universiteit Utrecht met zijn proefschrift waarin hij meerdere afgebroken onderhandelingen onder de loep nam. De meeste onderzochte rechtszaken gaan over bouwprojecten en fusies en overnames.
Uit bestaande jurisprudentie blijkt dat het duidelijk is wel dat onder bepaalde omstandigheden onderhandelingen niet langer eenzijdig kunnen worden afgebroken. Waar dit wel gebeurd. kan de partij kosten en mogelijk gederfde winst verhalen. Hierin onderscheid het Nederlands recht zich van het buitenlands recht.
“Van sommige rechters moet een partij alleen de kosten voor de due diligence van de andere partij vergoeden. Anderen zeggen: je moet alles vergoeden”, zegt Ruygvoorn. “Mijn idee is dat de kostenvergoeding er alleen moet komen op het moment dat een wederpartij diensten vraagt die uitstijgen boven normale acquisitiekosten.” Een vergoeding is met name gerechtvaardigd als de diensten worden gevraagd, terwijl het voor de wederpartij duidelijk is dat de deal niet doorgaat.
Op drie punten is er volgens Ruygvoorn nog veel onduidelijk. Het is niet helder wanneer precies het moment intreedt waarop onderhandelingen niet meer eenzijdig mogen worden afgebroken. Volgens de Hoge Raad dient in dit verband een “strenge en tot terughoudendheid nopende maatstaf te worden aangelegd”, maar de jurisprudentie laat zien dat er in de rechtspraak grote verschillen zijn bij de toepassing van deze maatstaf.
Ten tweede is het onduidelijk wanneer bij gelegitimeerd afgebroken onderhandelingen recht bestaat op vergoeding van in het kader van de onderhandelingen gemaakte kosten. Noch in de literatuur, noch in de jurisprudentie is daarover een eenduidige lijn te ontdekken. Dit brengt volgens de promovendus niet alleen rechtsonzekerheid met zich mee, maar -gelet op de grote verschillen in de rechtspraak – ook rechtsongelijkheid.
Ten derde behandelt Ruygvoorn de juridische kwalificatie en de rechtsgevolgen van tijdens de onderhandelingen gemaakte voorbehouden. Ook op dit punt is de rechtspraak namelijk lang niet altijd eenduidig. (4 juni 2009)