Vorige week reflecteerden verschillende advocaten uit de financiële- en overnamepraktijken in besloten kring over de rol die de advocatuur gespeeld heeft bij het ontstaan van de kredietcrisis. Meer aandacht voor ethiek is de uitkomst daarvan. Deken Jan Loorbach reflecteert: “Er zijn wel idiote producten op de markt gekomen, en dat moet in de analyse met de advocaten aan de orde zijn geweest. De vraag is dan: hadden die niet moeten whistleblowen?”
Was dit gesprek naar aanleiding van de kritische woorden van Willem Bekkers?
“Bekkers heeft het op gang gebracht. Het was een aanzet voor het Advocatenblad om een ronde te bellen en quotes te verzamelen. We zagen dat het een onderwerp is dat de advocatuur bezig houdt. Iedereen die we hebben gevraagd om mee te werken heeft ook meegedaan.”
Waarom moest die discussie over ethiek liever niet publiekelijk gebeuren. Geeft dat niet het verkeerde signaal naar de buitenwereld?
“We hebben daardoor vrijuit en ontspannen kunnen praten zonder een voet op de rem. We wilden eerst met de mensen die het aanging een goed beeld vormen. Daarom hebben we vooraf afgesproken bij dit gesprek niet inhoudelijk naar buiten te treden.”
U noemde Bekkers’ uitlatingen betreffende de crisis eerder ‘meer reconstructief en speculatief dan gebaseerd op werkelijke misstanden.’ Is uw kijk nu veranderd na dit gesprek?
“Nee, dat is eerder bevestigd. Er zijn wel idiote producten op de markt gekomen, en dat moet in de analyse met de advocaten aan de orde zijn geweest. De vraag is dan: hadden die niet moeten whistleblowen? Dat is vorige week allemaal in reconstructieve zin besproken. We denken dat er geen voorvallen zijn geweest waar advocaten iets hadden kunnen voorkomen. We denken wel dat er regelmatig advocaten zijn geweest die hebben gezegd: dit is geen goede constructie. Maar een advocaat heeft niet veel verstand van de techniek van die producten zelf. Dat geldt ook vaak voor overnames.”
Er is dus niets mis gegaan. Maar waarom dan nu toch de roep om meer bezinning op ethiek in de opleiding?
“Omdat we het idee hebben dat de wereld die we bedienen wel is veranderd. Dat geldt voor de financiële wereld. Neem de banken, die waren vroeger ethisch hoogwaardiger. Die verandering geldt ook voor de overnamepraktijk met ondernemingen die van hand tot hand gaan tussen investeerders die snel willen doorverkopen. Onze klanten zijn veranderd qua mentaliteit. We moeten strenger in de leer zijn, oplettender en onafhankelijk zijn. Nu moeten we onze eigen moraliteit bewaken.”
Maar de kredietcrisis was geen lokaal fenomeen. Kan een Nederlandse advocaat die in internationaal verband werkt makkelijk nee zeggen tegen een buitenlandse partner waar hij het even niet mee eens is?
“Dat zijn de momenten waarop je de rug recht moet houden. Ook internationaal moet je de eigen normen handhaven. Je kan geen eigen moraliteit hebben als die is afgeleid van de ander.”
Komt er nog een vervolg na dit gesprek?
“We zijn er als Orde nog niet mee klaar. In de vergadering met de Algemene Raad op 31 mei staat het op de agenda. We willen er meer mee doen in de sfeer van de opleiding. En wellicht, als we als Orde gezamenlijk beter weten hoe we er tegen de ontwikkelingen aan kijken, in een meer publiek debat er vervolg aan geven. Maar waar we op uitkomen, weet ik nog niet.”