De kantoordirecteur en een ex-advocaat van het in 2007 gefailleerde advocatenkantoor Legal Point zijn veroordeeld tot voorwaardelijke celstraffen van drie en twee maanden wegens verduistering van tenminste 136.000 euro van de derdengeldenrekening van het kantoor. Dat blijkt uit een maandag gepubliceerde uitspraak die de Rechtbank Rotterdam deed op 31 oktober 2014. De officier van justitie had voorwaardelijke celstraffen van vier maanden geëist.
Door Joris Rietbroek
Het viel voor de rechtbank nog niet helemaal mee om de omvang van de verduistering helder voor ogen te krijgen: op de derdengeldenrekening van het in 2003 door de ex-advocaat Koos Karstens opgerichte Legal Point was namelijk voortdurend sprake van vermenging tussen gelden van het advocatenkantoor zelf en de derdengelden, waarbij omvang en aandeel van beide geldstromen voortdurend fluctueerden. Dit is echter enkel tuchtrechtelijk verwijtbaar, en niet strafrechtelijk, onderstreept de rechter.
Accountantsonderzoek naar aanleiding van het faillissement van Legal Point in de zomer van 2007 wees uit dat op de bankrekeningen van twee stichtingen derdengelden bijna 36.000 euro stond, hoewel er in de boeken ruim 172.000 stond genoteerd. Ruim 136.000 euro bleek te zijn verdwenen. Kantoordirecteur De Bruijn had de volledige verantwoordelijkheid voor het betalingsverkeer op de rekeningen. Kort voor het faillissement boekte hij een kleine 160.000 euro over van de derdengeldenrekening van het kantoor naar een aan hemzelf gelieerde BV, bij wijze van ‘zakelijke transactie’. Puur toeval en botte pech, aldus zijn advocate, maar dat gelooft de rechtbank niet.
Directeur eerder veroordeeld
De rechter, die spreekt van ‘misbruik van derdengelden’, acht de verduistering van ‘een geldbedrag, toebehorende aan een ander of anderen’ tussen oktober 2004 en juli 2007 vanuit de hoofdvestiging in Barendrecht bewezen. De kantoordirecteur had ‘nooit het risico mogen nemen dat de derdengelden niet terugbetaald konden worden.’ Dat hij zelf geen advocaat was, ‘doet daaraan uiteraard niet af’. ‘Het gaat erom dat een stichting derdengelden op ieder moment kan voldoen aan haar verplichtingen uit hoofde van de aan haar toevertrouwde derdengelden en dat derdengelden nimmer buiten hun bestemming mogen worden aangewend, ook niet tijdelijk.’
De Bruijn had er voordat hij bij Legal Point aan de slag ging overigens al een gevangenisstraf van vier jaar opzitten wegens een grootschalige fraudezaak. Een onvoorwaardelijke celstraf zou in dit geval gerechtvaardigd zijn, vindt de rechtbank, ware het niet dat hij in momenteel in slechte gezondheid verkeert en dat de redelijke termijn van een eindvonnis binnen twee jaar na aanvang van de zaak is overschreden. De eerste verhoren vonden namelijk al in 2009 plaats. Zodoende komt de ex-kantoordirecteur er vanaf met een straf van drie maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaar.
Geen controle op handelen
Voormalig advocaat Karstens krijgt twee maanden voorwaardelijk met eenzelfde proeftijd. Hij is door gebrek aan controle en adequaat handelen medeplichtig aan verduistering, ook omdat hij ondanks signalen van het kantoorpersoneel geen vraagtekens zette bij de hele gang van zaken terwijl hij formeel bestuurder van de stichtingen derdengelden was. Zo sprak een medewerkster in haar functioneringsgesprek openlijk over de overschrijvingen, met de boodschap dat zij hiervoor niet verantwoordelijk gehouden wilde worden. Dat hij een volmacht had gegeven aan de kantoordirecteur ‘ontsloeg hem er niet van de verantwoordelijkheid om controle te houden op zijn functioneren en handelen’.
De celstraf is een voorwaardelijke omdat Karstens al civielrechtelijk aansprakelijk is gesteld, een schadevergoeding moet betalen, ook zijn gezondheid te wensen overlaat en de redelijke termijn is overschreden.