De plannen van staatssecretaris Fred Teeven van Veiligheid en Justitie om 85 miljoen euro te bezuinigingen op de gesubsidieerde rechtsbijstand, stuiten op de nodige zorgen en op verzet. De Orde onderstreept dat rechtsbijstand ‘geen luxeproduct’ mag worden. Familierechtadvocaten voorzien dat enkele plannen juist meer in plaats van minder procedures in de hand werken.
Door Joris Rietbroek
Eind vorige week presenteerde staatssecretaris Teeven van Veiligheid en Justitie zijn plannen voor een stevige wijziging van rechtsbijstandstelsel, pal voor de start van het zomerreces van de Tweede Kamer. De nieuwe regels zouden per 1 januari 2016 moeten ingaan. De belangrijkste verandering voor rechtshulpzoekenden: zij moeten zich voortaan altijd bij het Juridisch Loket melden, waar een functionaris het geschil beoordeelt en kijkt of de inschakeling van een advocaat inderdaad nodig is. Andere extra drempels voor rechtshulpzoekenden om tot minder zaken te komen: consumenten- en huurgeschillen en – in bepaalde gevallen – echtscheidingszaken komen voortaan niet meer in aanmerking voor rechtsbijstand. Verder wordt er een draagkrachttoets voor piketzaken ingevoerd.
De ‘selectie aan de poort’ bij het Juridisch Loket brengt meteen een van de grootste veranderingen voor advocaten met zich mee: zij hoeven geen toevoegingsaanvraag meer in te dienen. Teeven laat nog onderzoeken of er een rol voor de advocatuur is weggelegd in deze selectie. Verder daalt het uurloon voor de advocaat in ‘bewerkelijke zaken’ daalt met liefst een derde, van 104 naar 70 euro per uur. Daarnaast vervalt de jaarlijkse indexering voor de hoogte van vergoedingen aan advocaten en die van de eigen bijdragen. Verder schrapt de staatssecretaris de financiële tegemoetkoming van 18,74 euro voor administratieve kosten in civiele en bestuursrechtelijke zaken. Dit alles moet leiden tot het hoofddoel van Teeven: 17% minder rechtsbijstandzaken, resulterend in een besparing van 85 miljoen euro. Vorig jaar spendeerde de Rijksoverheid 495 miljoen euro aan gesubsidieerde rechtsbijstand.
PvdA schoorvoetend akkoord
Ook al sprak PvdA-leider Diederik Samson in maart tijdens een bijeenkomst van zijn partij nog uit dat verdere bezuinigingen op de rechtsbijstand een brug te ver zouden zijn, toch kan de PvdA akkoord gaan met de plannen van Teeven. Zij het schoorvoetend, zo blijkt uit een schriftelijke reactie van Kamerlid Jeroen Recourt (woordvoering Justitie): “Het doet de PvdA pijn dat moet worden bezuinigd op de gefinancierde rechtsbijstand. Maar in een tijd waarin iedereen moet bezuinigen, moeten ook hier de kosten worden teruggebracht. Ons uitgangspunt is dat de dikte van iemands portemonnee niet van belang mag zijn bij het halen van je recht. Wij vinden het daarom belangrijk dat de eigen bijdragen nauwelijks stijgen zodat de mensen die weinig hebben zo min mogelijk worden geraakt. De bezuinigingen van dit kabinetsplan lijken binnen dit uitgangspunt te vallen.” D66 en de SP hebben laten weten dat zij de bezuinigingen wel te ver vinden gaan.
De Orde van Advocaten zegt in een uitgebreide inhoudelijke reactie bezorgd te zijn en spreekt van een inperking van de toegang tot het recht op gefinancierde rechtsbijstand. “Belangrijke rechtsgebieden zijn straks niet meer toegankelijk voor de mensen die het hardst getroffen worden door de crisis”, aldus de Orde, doelend op de schrapping van consumenten- en huurgeschillen en echtscheidingen zonder minderjarige kinderen uit de rechtsbijstand. Algemeen deken Walter Hendriksen: “Niet vergeten moet worden dat ruim 60 procent van alle rechtsbijstand wordt verleend in conflicten tussen burgers en overheid. Burgers worden met dit voorstel verder beperkt in hun rechtspositie. Het staat dit Kabinet dan ook niet, dat in een fatsoenlijke rechtsstaat als de onze, de toegang tot de recht zo wordt ingeperkt. “ De Orde stelt daarnaast dat er “gewaakt moet worden dat een verdere versobering van de advocatentarieven ten koste gaat van de kwaliteit van de dienstverlening. Advocaten in de sociale advocatuur werken nu al tegen een zeer beperkte vergoeding.”
‘Doel wordt tenietgedaan’
De vereniging van Familierecht Advocaten Scheidingsmediators (vFAS) kondigt aan zich te verzetten tegen de voorstellen en valt met name over het plan van Teeven om echtscheidingen waarin beide partijen het met elkaar eens zijn en waarbij geen minderjarige kinderen in het spel zijn, in het vervolg buiten de rechtsbijstand te laten vallen. “Juist die mensen die een gemeenschappelijk verzoek tot scheiding indienen buiten de rechtsbijstand laten vallen is desastreus. De staatssecretaris wil afrekenen met onnodige zaken, maar echtscheidingsprocedures zijn zeker niet onnodig. Die mensen stappen niet elk jaar naar de rechter. Intussen zijn wetten complexer geworden, maar je loopt kans dat mensen het zelf gaan doen zonder dat ze goed zijn voorgelicht, met alle gevolgen van dien. Bovendien stimuleer je met deze maatregel dat mensen dan maar gaan procederen zonder een gemeenschappelijk verzoek in te dienen. Zo wordt het doel om minder rechtsbijstandzaken te krijgen tenietgedaan.”
De vFAS voorziet verder juist meer voorlopige voorzieningsprocedures in echtscheidingszaken vanwege het plan dat de meest vermogende ex-partner voortaan een depot moet financieren voor de kosten van de rechtsbijstand van de minst draagkrachtige partner. Bovendien vindt de vereniging dat staatssecretaris Teeven met deze nieuwe plannen niet consequent is in zijn eigen beleid. “Met de invoering van High Trust door de Raad van de Rechtsbijstand is er steeds vaker achteraf een goede controle op de toevoegingen. Voor advocaten die niet in de High Trust-structuur zitten, worden de zaken vooraf door de Raad gecontroleerd. Dat maakt selectie aan de poort door het Juridisch Loket overbodig. Daarbij is het de vraag of het Juridisch Loket al dat extra werk wel aankan.”
‘Het water bolt elders weer op’
Ook hoogleraar Mies Westerveld, die aan de Universiteit van Amsterdam onder meer de speciale leerstoel sociale rechtshulp bekleedt, voorziet problemen op deze vlakken. “Ik zie de rechtsbijstand als een groot waterbed. Met het oog op bezuinigingen: als je ergens op dat bed gaat zitten, bolt het water op een andere plek weer op.” Zoals bij het plan dat de meest vermogende ‘aanstaande ex-partner’ een depot voor de financiering van rechtsbijstand moet inrichten: daar komen juist extra procedures van, zo voorspelt Westerveld net als de vFas. “Maar je ziet ook dat het werk voor advocaten wordt teruggedrongen terwijl het Juridisch Loket er veel werk bij krijgt, maar wel binnen het bestaande budget.”
Wat Westerveld verder opvalt, is een onder een subhoofdstukje weggeschoven, belangrijk plan voor de advocatuur: het reguleren van tarieven van advocaten. “Door een plan op te werpen over het instellen van maximumtarieven, lijkt de staatssecretaris te willen ingrijpen in de markt”, zegt de hoogleraar. “Dat is een zwaar middel dat de grenzen van de gesubsidieerde rechtsbijstand ver te buiten gaat. Ik vraag me af of dat wel kan of mag.”
Meer in zijn algemeenheid is het de toon van de brief van Teeven die Westerveld enigszins stoort. “Die gedachte dat te veel mensen lichtzinnig zouden procederen ‘omdat het bijna niets kost.’ De eigen bijdrage is intussen wel zo opgetrokken dat mensen echt niet meer zomaar naar een advocaat stappen. Ik kan genoeg andere redenen bedenken waarom de kosten van de rechtsbijstand blijven stijgen: ingewikkelde regelgeving, advocaten die creatief met het stelsel omgaan, overheidsorganen die door hun besluitvorming zelf procedures oproepen, om maar wat zaken te noemen.” Daarnaast zou de staatssecretaris wat haar betreft genuanceerder mogen zijn als het gaat om de totale kosten van de rechtsbijstand. “Zet naast een grafiek over die stijgende kosten ook eens een grafiek over wat het strafrecht in zijn totaliteit kost. Dat zet de kosten van de rechtsbijstand meer in perspectief.”